Zondag 14 augustus 2016. Psallentes opent seizoen 2016-2017 met een live versie van het zeer gesmaakte cd’tje Missa Transfigurationis. Plaats: Abbaye de Maredret. Uur: 17. Tot dan! Info hier.
Doornik, 2006. In het archief van de kathedraal wordt met verbazing opgekeken wanneer een handschrift tevoorschijn komt dat sinds de Tweede Wereldoorlog verloren gewaand was. Het kleine en dunne manuscript is vijftiende-eeuws, met aanvullingen uit de vroege zeventiende eeuw, en het bevat gregoriaans en polyfonie. Het centrale liturgische thema is de Transfiguratie of Gedaanteverandering van Christus. Een grondige studie volgt, door musicologe Anne-Emmanuelle Ceulemans, en ook verschijnt onder impuls van het label Musique en Wallonie een bijna-integrale opname van het mansucript door ensemble Psallentes.
Op een schutblad staat de titel: Libellus confratrum Confraternitatis Transfigurationis Domini in ecclesia Tornacensi (‘Boekje van de broeders van de Broederschap van de Transfiguratie van de Heer in de kathedraal van Doornik’). Het thema van de Transfiguratie leefde sterk in de Doornikse regio. Alhoewel het liturgische feest in de christelijke kerk officieel pas in 1457 werd ingevoerd, was in Doornik al enkele decennia daarvoor een broederschap rond het thema opgericht. Die broederschap van acht geestelijken kwam samen op de tweede zondag van de Vasten, wanneer het evangelie van de Gedaanteverandering wordt voorgelezen. Later werd de officiële feestdag van de Transfiguratie vastgelegd op 6 augustus.
De broederschap werd dan wel opgericht in de kathedraal van Doornik, maar de vieringen zelf werden aanvankelijk gehouden in de kerk van Mont-Saint-Aubert. Dat is een dorpje op enkele kilometer van Doornik, gelegen op het hoogste punt van de streek. De keuze voor deze ‘berg’ (147 meter boven de zeespiegel) is ongetwijfeld ingegeven door het evangelieverhaal zelf, dat zich afspeelt op de berg Tabor. Die naam, Tabor, komt opvallend veel voor in dit manuscript met de liturgie van de Transfiguratie. Sommigen zien daarin een indicatie dat impliciet sympathie wordt betoond met de beweging van Johannes Hus, de Boheemse hoogleraar die voor zijn van de christelijke leer afwijkende gedachten op de brandstapel terechtkwam. De stad Tábor in Bohemen was namelijk het centrum van de hussieten.
De heuvel van Mont-Saint-Aubert werd ook ‘Mont de la Trinité’ genoemd, naar een kapel met die naam die er al sinds de twaalfde eeuw stond. Het hoeft daarom niet te verbazen dat de anonieme, vierstemmige mis, aan precies het thema van de Drie-eenheid is gewijd, en niet rechtstreeks aan dat van de Transfiguratie. Overigens vertoont de mis enkele stilistische verwantschappen met het ook in het manuscript voorkomende motet voor de Drie-eenheid, Sancta Trinitas. Dit motet is bekend als werk van Antoine de Févin, al wordt het soms aan Jean Mouton toegeschreven. Het is mogelijk dat de mis, die in geen enkele andere bron te vinden is, ook van de hand is van Antoine de Févin.
Het gregoriaans in het manuscript is om verschillende redenen bijzonder interessant. Er is het thema, dat in het repertoire van het gregoriaans maar weinig bezongen wordt. Maar in het bijzonder trekt de schrijfwijze van het gregoriaans de aandacht. Het lijkt wel alsof de kopiist uitdrukkelijk een enigszins ritmische uitvoering van het gregoriaans wou vastleggen, met langere en kortere notenwaarden in heldere hiërarchie. Meer nog, enkele onderdelen van dit repertoire zijn geschreven als wat cantus fractus genoemd kan worden, een strak metrisch geordend en ritmisch uitgewerkt keurslijf voor gregoriaans. Opvallende voorbeelden hiervan zijn het offertorium Deus enim omnium en de sequens Thabor superficie. Van die sequens is overigens later een homofone vierstemmige versie aan het manuscript toegevoegd.
In Missa Transfigurationis volgt Psallentes de volgorde van het repertoire zoals het in het manuscript voorkomt. Aan gezangen voor de eerste vespers van het feest hebben we een Magnificat van Antoine de Févin toegevoegd. Na enkele gezangen voor ondermeer de Maagd Maria en de heilige Audebertus presenteren we de polyfone mis in de context van het Transfiguratie-gregoriaans. Aan het slot verschijnt dan het motet Sancta Trinitas, een waardige afsluiter van onze evocatie van het handschrift B-Tc A 58.
Hendrik Vanden Abeele
met dank aan Anne-Emmanuelle Ceulemans
Leave a Reply